De Suzuki-methode is ontwikkeld door de Japanse violist en pedagoog Shinichi Suzuki (1898-1998). Op een dag vroeg hij zich af hoe het toch mogelijk was dat alle Japanse kinderen perfect Japans konden spreken. Hij ontdekte door nauwkeurige observatie dat ieder kind stap voor stap, door luisteren, nadoen, en herhaling, de taal uit zijn directe omgeving in zich opneemt en zich zo de moedertaal eigen maakt. Hierbij is de voortdurende liefdevolle aandacht en waardering die het daarbij van zijn omgeving krijgt van wezenlijk belang.
Geïnspireerd door deze observaties kwamen hij en zijn medewerkers tot een geheel nieuwe kijk op muziekonderwijs. Eerst voor de viool, later ook voor andere instrumenten.
Gitaarles volgens de Suzuki-methode is in Nederland nog niet zo heel erg bekend. Een aantal belangrijke kenmerken zijn:
- Kinderen kunnen al zeer jong beginnen. Vanaf 3 jaar worden goede resultaten geboekt, maar ook oudere kinderen (en zelfs volwassenen) hebben baat bij de Suzuki aanpak.
- De ouder/opvoeder speelt een belangrijke rol, en is bij de lessen aanwezig. In het begin is het ook de ouder die gitaarles krijgt.
- Het kind is er bij, luistert en observeert, terwijl het ondertussen zich kan vermaken met tekenen en kleuren. Zo gaat het zich thuis en veilig voelen in een gitaarles voordat het zelf gaat gitaarspelen.
- Daarna zal, afhankelijk van de mate van concentratie van het kind, een les in het begin bestaan uit een les voor de ouder en een lesje voor het kind. Misschien zal het kind zich in het begin slechts 5 minuten kunnen concentreren, later zal dat een hele les kunnen zijn. Het concentratievermogen van het kind zal door deze lessen geleidelijk sterk toenemen.
- Na de les kan de leerling nog enige tijd aanwezig blijven bij de les van de volgende leerling . Het horen en zien van andere leerlingen is een belangrijk en stimulerend onderdeel van het leerproces. Iets eerder naar de les komen, tijdens de les van de vorige leerling, kan natuurlijk ook.
- Elke kleine of grote stap die we tijdens het leerproces doorlopen proberen we te doen met maximale toewijding en aandacht.
- Het kind leert door luisteren en nadoen. Het notenlezen is zeker belangrijk, maar komt pas in een later stadium aan bod. Net zoals je eerst leert spreken en later pas gaat lezen en schrijven.
- Er is vanaf het allereerste begin veel aandacht voor houding, techniek, balans, en toonvorming.
- Dagelijks muziek luisteren hoort er bij. Ook ‘oefenen’, al zal dit in het begin slechts enkele minuten zijn.
- Oefening betekent ook herhaling. In de Suzuki methode is een geleerd liedje niet bedoeld om snel weer te vergeten. Herhaling is net als Aandacht en Luisteren een sleutelwoord in deze methode.
- En vergeet ook het woord Liefde niet. Ieder kind is tot heel mooie dingen in staat. Wij als volwassenen hebben een grote verantwoordelijkheid om het kind de kans te geven die talenten te ontwikkelen. Maar we moeten geen wonderkinderen willen creëren als compensatie voor misschien onze eigen tekortkomingen. Suzuki zelf heeft het allemaal mooi beschreven in zijn boek Opgevoed met Liefde. Dit boek raden we iedere ouder aan die zijn kind met de Suzuki methode gitaar wil leren spelen.
- Suzukiles is een combinatie van individuele les en groepsles.